Door Bouke Vlierhuis, Hanta, 2011
Het is één van de speerpunten van dit fijne webplekje: vormgegeven poëzie. En Arnoud Rigter heeft dat idee naar alle kanten uitgewerkt in zijn nieuwste creatie Het duimzuigend fossiel. Niet alleen zijn de ‘gedichtachtigen’ in deze bundel helemaal handgeschreven en verwerkt in bizarre en ingewikkelde pentekeningen, twaalf ervan zijn ook nog eens op een cd gezet.
Die cd is het beste onderdeel van Het duimzuigend fossiel. In tegenstelling tot bij veel poëzie-als-audio is heer meer gedaan dan voorlezen en eventueel wat piepgeluidjes maken. Veel meer. Briljant is het idee om de gedichten door twee vocalisten, Rigter zelf en een zangeres, te laten uitvoeren. Wie heeft ooit bepaald dat op poëzie-cd’s alleen de dichter te horen mag zijn? De tweestemmigheid geeft een lekkere spanning en het gevoel van dialoog. Ook de muziek (en het is echt muziek, niet zomaar een verzameling wazige klanktapijtjes) is top. Rigter noemt achterin het boek dan ook een heleboel muzikanten die hebben meegewerkt.
Daarbij vergeleken steekt de bundel zelf eerlijk gezegd een beetje bleekjes af. Ik ben geen kunstkenner, maar Rigters tekeningen lijken me op een of andere manier kracht te missen. Het zijn een soort droedels, zonder echt middelpunt en zonder focus. Dat wordt verergerd doordat vaak onder de pentekeningen de potloodschetsen en hulplijnen nog te zien zijn. Dat is opzettelijk gedaan (Rigter speelt er zelfs mee door dezelfde afbeelding in verschillende versies op te nemen) maar het werkt voor mij niet.
En dan de gedichten. Sorry, gedichtachtigen. ‘Mama’s eisprong is mijn privé-oerknal’. ‘Hij is navelloos / zo zonder wortels is / geenvangnet nodig / op vlakten schuilt hij / onder verdampte mammoet / hier zijn vaste vormen nog even grappig / maar daarna gewoon afwezig’. ‘Ten opzichte van standbeelden / lijkt vlees en bloed tamelijk dronken.’ Dat soort regels. Wat moet ik ermee? Het zijn flarden, aantekeningen, puberale invallen zoals iedereen die heeft. Maar een dichter pakt de beste eruit en bouwt die uit, werkt met beelden, probeert, hoe ontoegankelijk ook, een interne consistentie te bereiken. Dat is aan Rigter allemaal niet besteed. Dat leidt tot een soort non-poëzie die, ook binnen de context van ditgesamtkunstwerk, behoorlijk op mijn zenuwen werkt.
Arnoud Rigter is een groot multitalent en hij heeft laten zien wat er met vormgegeven poëzie allemaal mogelijk is. Qua muziek en performance heeft hij de zaken op een rijtje. Wat vormgeving en – vooral – schrijven betreft is het allemaal te vrijblijvend om mij echt te kunnen boeien.